Je leest het ’t eerst op Grazia.nl

Vakantieverslag 1 van 2

De camping was erg groen, het zwembad was stom, onze caravan stond op een leuke plek en het entertainment was heel aard...

Vakantieverslag 1 van 2

De camping was erg groen, het zwembad was stom, onze caravan stond op een leuke plek en het entertainment was heel aardig (al moest je wel minstens drie ‘ricards’ – lokale anijsdrank – achterover slaan om het te waarderen). Maar het leukste was toch wel de rivier de Verdon.

“Kom”, zei Paul toen we kennis hadden gemaakt met het groene kolkende water, “we gaan shoppen.” Binnen een uur waren we een boot, een stoel, een peddel , een parasol en een luchtbed rijker. En een boel Franse euri armer. “Morgenochtend gaan we raften,” sprak Paul plechtig.

De volgende ochtend togen we met onze nieuwe aankopen naar de rivier alwaar we onze bivak opsloegen. Parasolletje voor de nodige schaduw, stoeltje tegen de harde stenen, stokbroodjes brie, helemaal goed, helemaal Frans. Maar met een kwartier sloeg de boot lek waardoor de peddel onbruikbaar werd. Daarna liep het luchtbed langzaam leeg en tenslotte zakte Paul door het stoeltje. “Zo,” zei Lizzy terwijl ze torentjes van de keien bouwde. “En toen hadden we alleen de parasol nog.”

Gelukkig bleek het luchtbed te plakken en de dagen die volgden brachten we door met raften, zwemmen in het meer van Castellane en ‘op avontuur’ gaan in de bergen. Avontuur was er trouwens genoeg – we zaten nogal op een risicocamping - want overal stonden bordjes met tsunami’waarschuwings’pictogrammen. Bij de receptie was zelfs een folder verkrijgbaar‘Wat te doen wanneer de dam van het stuwmeer doorbreekt en de rivier overstroomt’. In het Frans. De gouden tip: Ga dan vooral niet zwemmen!

Maar het klopte wel: de stroming wasverraderlijk sterk, ook zónder doorgebroken dam. Tijdens een wandeling op zoek naar fossielen (het gebied was ooit zee, al even geleden heb ik me laten vertellen) ging ik wat afkoelen en ik stond nog niet in de rivier of ik werd al omver geslagen. Daar zat ik dan, in mijn jurkje, op mijn kont in het water. Een voordeel: ik was afgekoeld. En mijn directoirtje was meteen gewassen.

Behalve fossielen, een oude ruïne en een paar heel bijzondere stenen (‘kijk mamma, deze steen lijkt sprekend op Barbapapa!’) vonden we ook nieuwe vrienden. Die vroegen zich vrijwel direct af hoe ik toch aan al die blauwe plekken op mijn benen kwam. Ik wees op de rivier, de rotsen en vervolgens op de titel van een nog niet zo lang geleden verschenen roman. Toen ik het vervolgens voor elkaar kreeg om binnen één dag vier glazen uit de inventaris van onze caravan te breken (waarom zit er dan ook geen afwasmachine in zo’n hut?!) konden we er in elk geval met z’n allen om lachen.