Hoe je de perfecte oliebol bakt, daarvoor moet je niet bij mij zijn. Wafels zijn hier traditie. Dikke luchtige wafels of dunne knapperige wafeltjes. De schare fans van beide wafels gaan nek-aan-nek en zullen het nooit eens worden welke de lekkerste zijn. Zolang ik me kan herinneren kwam opa in de dagen voor oudejaar en kneedde met zijn stevige bakkershanden het deeg voor de dikke, luchtige wafels. Ze werden op de secondenwijzer gebakken. En de minder gelukte (mislukken deed er geen!) exemplaren werden door mijn broer en mij dankbaar weggesnoept.
Opa’s wafels, voor ca. 24 wafels
500 g margarine, op kamertemperatuur
500 g witte basterdsuiker
2 zakjes vanillesuiker
8 eieren
500 gram zelfrijzend bakmeel, gezeefd
zonnebloemolie
Extra: mixer met gardes, wafelijzer voor luchtige wafels
Kneed in een beslagkom met de mixer de margarine met de suiker en vanillesuiker romig. Voeg een voor een de eieren toe; voeg het volgende ei pas toe als het vorige helemaal is opgenomen. Voeg het bakmeel in 3-4 porties toe en kneed tot een glad beslag. Verhit het wafelijzer. Wrijf het ijzer goed in met een beetje olie. Schep steeds een lepel beslag in het ijzer en bak de wafels in 1,5-2 minuten bruin en gaar. Veeg het wafelijzer steeds goed schoon met keukenpapier alvorens de volgende wafels te bakken. Laat de wafels op een rooster afkoelen en bewaar ze in een luchtdichte trommel.
