Real life: ‘Ik huilde van geluk om de volle schappen’

Juliana greep anderhalf jaar geleden de kans een nieuw leven te beginnen in Nederland.

Venezuela verkeert in een diepe politieke en economische crisis. Juliana (36) greep anderhalf jaar geleden de kans een nieuw leven te beginnen in Nederland.

Armoede

Juliana: “Laatst at ik met collega’s bij een sushirestaurant. Als toetje bestelde ik mango-ijs. Bij het eerste hapje sprongen de tranen mij in de ogen. Het smaakte naar thuis. Venezuela is het land van de mangobomen, je plukt de vruchten overal. Nu zo veel Venezolanen hongerlijden, zegt iedereen: ‘Godzijdank voor de mango’s.’ Dat is soms het enige voedsel dat mensen binnenkrijgen. Alles is schaars in Venezuela. Medicijnen zijn er niet, waardoor schizofreniepatiënten verward op straat zwerven. Luiers zijn niet te krijgen, dus gebruiken ze wasbare doeken."

"Toen ik net in Nederland was, voelde ik me schuldig als ik luxeartikelen als kleding of shampoo kocht, spullen waar mijn familie amper aan kan komen. De eerste keer dat ik in een supermarkt kwam, huilde ik om de volle schappen. Er lag zelfs maïsmeel om arepas te maken, dat is een typisch Venezolaans broodje. In Venezuela is het allang niet meer te krijgen, maar 8000 kilometer verderop wel. Mijn dochter van zeven is gek op arepas en ik maak het nu elke ochtend voor haar als ontbijt, terwijl mijn familie het al jaren niet heeft kunnen eten.”

Macho maar lief

“In mijn jeugd ben ik veel verhuisd, omdat mijn vader in het leger zat. We hebben jaren in Amerika gewoond, waar hij opleidingen volgde. Soms zat ik nog maar één jaar op een school en dan verhuisden we alweer. Toch heb ik goede herinneringen aan mijn kindertijd. Mijn zus was mijn beste vriendin en ik ben door al dat verhuizen heel extravert geworden. Ik ben niet bang om ergens helemaal opnieuw te beginnen, dat komt nu in Nederland goed van pas."

"Mijn man heb ik bij een honkbalwedstrijd ontmoet. Die sport is heel populair in Venezuela, de mannen kijken allemaal naar honkbal en de vrouwen naar missverkiezingen, daar is Venezuela beroemd om. Mijn man is iemand met een enorme drive, als hij iets bedenkt gaat hij ervoor. Hij lijkt macho, maar is heel lief. Daar ben ik voor gevallen. We waren gelukkig in Venezuela. Samen runden we een autogarage. In het weekend gingen we met vrienden deltavliegen in de bergen of kamperen op het strand. Het zeewater was kristalhelder en fel turquoise van kleur. ’s Nachts lagen we op onze rug in het warme zand en zagen we ontelbaar veel sterren.”

Zombies

“Hugo Chávez was toen aan de macht. Dat was niet ideaal, maar toen hij doodging, werd het erger. Een strijd om macht en geld brak uit. Het was alsof we even met onze ogen knipperden en Venezuela plotseling een heel ander land was geworden. De elektriciteit viel vaak urenlang uit. Voedsel werd bizar duur. Elke dag als ik het huis verliet, brak mijn hart vanwege de magere mensen die eten zochten in vuilnisbakken, het leken wel die zombies uit de serie The Walking Dead. Maar het ergste was de criminaliteit."

"In de garage ontving mijn man dreigtelefoontjes: ‘Maak dollars over, anders verkrachten en vermoorden we je vrouw.’ Onze dochter was nog een peuter toen ik tegen mijn man zei: ‘We moeten weg hier, zij verdient een betere toekomst.’ Mijn man kon eerst aan de slag als automonteur in Spanje, maar niet veel later bood Tesla hem een baan aan in Nederland. Toen hij een vast contract kreeg, kwamen onze dochter en ik over. Riana was vijf jaar. Het afscheid van mijn ouders was hartverscheurend. Riana is hun enige kleinkind, ze logeerde elk weekend bij opa en oma. Door zijn tranen heen drukte mijn vader mij op het hart: ‘Je moet gaan. Wij zijn te oud, maar doe het voor Riana'."

Andere gewoontes

“Nederland voelde meteen goed. Ik vond het fijn dat het zo multicultureel is en de groene weilanden vol koeien deden me aan Colorado in Amerika denken, waar ik als kind woonde. Wel maakte de grijze lucht me depri, het was winter toen we aankwamen. Maar Riana paste zich meteen aan, zij sprak binnen drie maanden vloeiend Nederlands. Ook voor mij werd het algauw beter. Het werd lente en ik vond een baan bij het uitzendbureau dat mijn man naar Nederland had gehaald. Ik ben lerares Engels en N2people kon iemand met mijn talenkennis goed gebruiken."

"Onze lieve Nederlandse buren hielpen ons met alles: ze pasten op Riana, vertaalden en legden de regels uit. In Venezuela koop je een diploma, hier moet je netjes examen doen. Dat vind ik fijn, juist vanwege de corruptie wilden we weg. Ook gewoontes zijn anders. Toen Riana voor haar eerste kinderfeestje werd uitgenodigd, bleef ik er gezellig bij zitten. Na een tijdje vielen me de rare blikken op. Toen kwam ik erachter dat de ouders hier weggaan, terwijl de vaders en moeders in Venezuela mee feesten. Mensen zijn hier meer op zichzelf, je doet veel met je gezin."

"Dat woord ‘gezin’ leerde ik onlangs met Nederlandse les, in het Engels en Spaans bestaat het niet eens. Wij kennen alleen het woord ‘familie’ en doen alles met opa’s en oma’s en broers en zussen. Bijna al ons geld gaat naar familie in Venezuela. De supermarkten daar zijn leeg, eten moeten ze bij zwarte handelaren kopen en het kost veel meer dan in Nederland. Terwijl door de enorme inflatie salarissen niks meer waard zijn. ‘Het is overleven’, zegt mijn vader. ‘En het wordt met de dag erger.’ Ik praat vaak met onze dochter over Venezuela. Ik wil niet dat Riana haar moederland vergeet, maar ik ben blij dat zij hier opgroeit.”

Tekst: Eva Munnik Beeld: IStock

Laatste nieuws