De oppositie: ‘Met je kind in de stad wonen is ideaal’

Wat vind jij?

Eva Munnik (42) en haar man verhuisden met hun kind van – destijds – zes jaar naar Amsterdam. Terwijl gezinnen de grote stad massaal verlaten, zou Eva haar dochter nergens anders willen grootbrengen. “De stad voelt juist veiliger.”

Uithuizerig

"Speel in je hoofd het introliedje van Pippi Langkous af. Je weet wel: twee maal drie is vier, wiede wiede wie en twee is negen. Sluit je ogen en stel je voor: slootje springen, hutten bouwen en klimmen in bomen. Ik ken niemand die echt zo opgroeide, maar het is het plaatje van de perfecte kindertijd. In dat plaatje past niet: met de tram naar voetbaltraining, een slapende zwerver tegenover je huis en in je mooiste regenboog-jurk halfnaakte mannen op bootjes kijken met Pride. Dat is wel mijn dochters jeugd."

"Anderhalf jaar geleden besloten wij van de kleine provinciestad Amersfoort naar Amsterdam te verhuizen. Met onze dochter, die toen zes was. ‘Huh, waarom?’ vroegen kennissen geschokt. Nou, gewoon: voor de leuk. ‘Maar heb je wel een tuin daar dan?’ Gooide een vriendin er verbaasd uit. Nee, we hebben een balkon van drie vierkante meter. Perfect voor ons, want bij mooi weer zitten we toch op een terras, een bootje of in het park."

"We zijn altijd al ‘uithuizerige’ mensen geweest. Met lede ogen zagen we aan hoe vrienden die kinderen kregen onze spontane borrelmiddagen in de stad aan zich voorbij lieten gaan, omdat ze ‘lekker in de tuin’ zaten. Dat cocoonen is mijn man en mij vreemd. Ook in Amersfoort waren wij altijd al in de gezellige binnenstad te vinden. Onze dochter leerde fietsen op het plein De Hof. Dus nee, die tuin vonden we niet belangrijk. Liever meer keuze aan horeca en musea, en de buzz van de stad.”

Half zo groot

“Eenmaal in Amsterdam werden we er nog meer mee geconfronteerd dat we een omgekeerde beweging maakten in vergelijking met veel andere gezinnen. Onze dochter vond in no time haar draai in de klas, maar helaas zijn alweer drie klasgenootjes verhuisd. Volgend jaar gaan er nog meer Spaarndam, Haarlem, Castricum en Badhoevedorp. In 2018 verhuisde twaalf procent van de gezinnen met kinderen jonger dan vier jaar uit Amsterdam, blijkt uit CBS cijfers. Ze willen – naast die vervloekte tuin – meer ruimte. Vierkante meters zijn in Amsterdam niet te betalen. Wij gingen naar een huis dat half zo groot was en net zo duur als ons oude huis. Ontelbaar zijn de ritjes die ik maakte naar de kringloop. Maar weet je wat? Het deed geen greintje pijn."

"Ontspullen kan ik iedereen aanraden. Nu zitten we op negentig vierkante meter in plaats van 180, maar het voelt niet zo. Die zolder, daar kwamen we toch al nooit. Aan de twee royale slaapkamers in ons appartement hebben we genoeg. Voordeel: een kleiner huis is sneller schoon. Voorheen kostte stofzuigen mij (oké, ik geef toe: de schoonmaakster) minstens een uur, nu ben ik in twintig minuten klaar (en hebben we geen schoonmaakster meer nodig). We hebben bovendien geen zorgen meer over vieze dakgoten of rotte kozijnen, daar is de VvE voor.”

Parkieten en vleermuizen

"Maar goed, tot nu toe heb ik het vooral over wat mij zo bevalt aan de stad. Hoe zit het met mijn dochter? Ik vind oprecht dat ze hier een leuker leven heeft. Ze is een buitenkind, maar zou niet beter af zijn met weilanden in haar achtertuin. Buitenspelen doen Amsterdamse kinderen namelijk ook. Mijn dochter is nu zelfs veel meer buiten, omdat we aan een groot speelplein wonen. Haar school is in de straat, ze loopt er al alleen heen (ze is inmiddels acht) wat in Amersfoort ondenkbaar was (te ver). Er wordt meer aangebeld dan in onze oude woonplaats, want alle vriendjes wonen in de buurt. In een stad zit je nou eenmaal dichter op elkaar. Groen is gezond, maar in grote steden liggen over het algemeen fantastische parken. Wij wonen op vijf minuten wandel/ fietsafstand van drie parken en picknicken meer dan ooit."

"Overdag vliegen luid kwetterende halsbandparkieten over ons heen. ’s Avonds zien we vanaf ons balkon vleermuizen duikvluchten maken in ons hofje. Is het gevaarlijker in de stad? Qua verkeer wel. Ik geef toe dat ik minstens vijf hartverzakkingen krijg als ik met mijn dochter op haar eigen fiets ergens naartoe ga. Liever pak ik de tram. Voordeel: mijn kind leert zich heel goed te redden in druk verkeer. Verder voelt de stad juist veiliger voor mij. Stille dorpsstraatjes en verlaten landweggetjes, daar krijg ik juist de creeps van. In Amsterdam zijn er altijd mensen die je om hulp horen roepen als zich een seriemoordenaar aandient. De mensen zijn wel wat aparter ja. Laatst maakte mijn dochter met een vriendin muziek op straat met haar speelgoedgitaar. Ze hadden een hoed neergelegd voor geld. Uit het raam zag ik hoe een zwerver voorbij liep, even bleef staan om te breakdancen en vervolgens een euro in hun hoed gooide. Geweldig toch?"

"Toen een meneer op een bankje op ons plein overnachtte, gingen mijn dochter en ik hem ’s ochtends samen koffie brengen. Ik vind het een enorm pluspunt van de grote stad dat mijn dochter zoveel verschillende soorten mensen ziet. Er wonen in Amsterdam meer dan 160 nationaliteiten. Nog een voordeel voor mijn kind: als ze zich verveelt, zijn de opties eindeloos. Talloze musea met kinderactiviteiten en workshops, meerdere zwembaden, bioscopen en theaters. Nergens hoeven we de auto voor te pakken. Dat vind ik zo vreselijk aan het platteland: dat je voor elke scheet in de auto moet stappen.”

Fijnstof

“Overigens heb ik niks tegen het platteland, een dorp of provinciestad. We hebben tien jaar lang genoten in Amersfoort. Als we een keer in een vakantiehuisje in de natuur zitten, verzucht ik: ‘Wat is het heerlijk stil hier!’ En ik geef toe: je hebt er minder last van luchtverontreiniging. Uit een studie van Berkeley Earth blijkt dat wonen in een stad gelijk staat aan het roken van gemiddeld 183 sigaretten per jaar, dat is om de dag een sigaret. Wat mij betreft mag Amsterdam dan ook zo snel mogelijk autoluw worden. Maar toch denk ik dat we ons kind niets tekort doen. Mijn dochter heeft een idyllische jeugd, inclusief bomen klimmen, in het plantsoen om de hoek kun je er zelfs uitstekend ondersteboven in hangen. Chalahee chalahee chala hopsasa.”

Tekst: Eva Munnik Beeld: BSR

Laatste nieuws