/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F01%2FHFyAEzvnLis6k21738244858.jpg)
Is optreden in Koninklijk Theater Carré een droom die uitkomt?
“Zeker, ik vind het heel bijzonder om in het prachtige Carré te staan. Ik heb een andere opstart gehad dan veel collega-artiesten. Mijn eerste show was in de Amsterdam Arena (een tribute-concert voor haar vader, red.) en vervolgens had ik shows in de Ziggo Dome. Ik heb heel lang gedroomd van Paradiso, en nu ik daar met mijn eigen muziek heb gestaan, vind ik Carré een logische volgende stap. Ik ben echt een theatermeisje. Ik houd ervan om te lullen op het podium en die connectie te zoeken met mijn publiek. Mijn band-leider zegt weleens in mijn oortje: ‘Spelen Rox, die mensen zijn een avondje uit.’ Maar ik vind het gewoon leuk om een breder verhaal te vertellen en wat meer achtergrond te geven over mijn leven en mijn muziek. Daar past een theatertour perfect bij. Al vind ik het ook spannend, want ik ben gewend om dansende en feestende mensen voor me te hebben, en nu zitten ze twee uur lang op een stoel.”
Jouw publiek lijkt heel dicht bij jou te staan. Klopt dat?
“Ik heb echt het gevoel dat mijn publiek heel erg met mij meegroeit. Dat ze heel erg in de gaten houden wat er in mijn leven gebeurt, en zich daar ook in herkennen. Elke show is bij mij anders en ik denk dat mijn vaste fans dat leuk vinden. Ze zitten niet naar een machine te kijken, maar naar een echt persoon die de ene keer iets verdrietigs vertelt en de andere keer een grappig verhaal heeft. Ze denken bij mij ook: wat fijn dat we gewoon een lekker Hollandse meid voor ons hebben, iemand die ook een dikke buik heeft en daar niet alleen maar perfect staat te wezen. Vroeger vond ik het moeilijk om kwetsbaar te zijn op het podium, maar inmiddels denk ik dat dit juist mijn signatuur is, mijn kracht. Ik vind het niet erg meer als dingen misgaan.”
Terwijl je vroeger doodziek kon zijn van de faalangst. Heb je dat overwonnen?
“Alle eerste keren blijf ik spannend vinden. Of ik nu voor het eerst in Carré sta of meewerk aan een programma als 3 Minutes of Fame: It’s Your Lucky Day, dingen die nieuw zijn, vind ik heel erg eng. Maar de angst om te falen, heb ik veel minder. Zo had ik tijdens mijn vorige tour een vriendin die choreograaf is, gevraagd om mij te helpen met dansjes, want ik kan zelf helemaal niet dansen. Tijdens Van Niemand Anders – best een erotisch liedje – hadden we een dansje verzonnen waarbij ik naar beneden zak. Tot drie keer toe heb ik het meegemaakt dat ik daar sexy aan het dansen was en achteroverviel. Een paar jaar geleden had ik dat verschrikkelijk gevonden en gedacht: ik doe dit nooit meer. En nu moet ik er alleen maar om lachen en levert het weer een leuk moment met mijn publiek op. Als ik me nu heel nerveus voel, zeg ik tegen mezelf: ‘Wat is nou het beste wat kan gebeuren?’ in plaats van altijd maar uit te gaan van het slechtste.”
Je schermt een deel van je leven bewust af, maar wie jouw liedjes luistert, hoort juist veel openheid en eerlijkheid...
“Klopt, ik denk ook dat ik een heel open mens ben, alleen probeer ik dingen wel chic te houden. Ik ga er altijd van uit dat mijn kind verhalen in de media later kan teruglezen en ik wil niet dat hij dan dingen ziet waarvan ik denk: dat had ik beter niet kunnen zeggen. Bij mijn theatershow heb ik er echter bewust voor gekozen om niet met een regisseur te werken, omdat ik niet wil dat het te gescript wordt. Ik wil echt de verhalen kunnen vertellen die vanuit mijn hart komen en me daarbij niet in hoeven houden.”
Ben jij iemand die zodra er iets heftigs gebeurt in je leven dit meteen in een liedje verwerkt?
“Nou nee, als er iets verdrietigs gebeurt, staat mijn hoofd er echt niet naar om te gaan schrijven, dan wil ik me er eigenlijk zo ver mogelijk van distantiëren. Of dat nu een heartbreak of een andere vorm van hartenpijn is. Ik heb het één keer wel gedaan met het liedje Vreemde Voor Mij, dat heb ik echt in the heat of the moment geschreven. En nog steeds heb ik een beetje buikpijn wanneer ik dat live zing. De meeste van mijn liedjes schrijf ik op het moment dat ik met een helikopterview naar een situatie kan kijken en denk: gelukkig zit ik hier nu even niet meer in.”
Het liedje De tijd gaat mooie dingen doen gaat heel erg over je shit opruimen en erop vertrouwen dat dingen beter worden. Werkt dat echt zo?
“Vaak wel. Ik ben natuurlijk nog niet zo oud – net tweeëndertig – maar ik heb wel genoeg levenservaring om te kunnen zeggen dat het licht altijd weer gaat schijnen aan het einde van de tunnel. Niks is voor altijd, dat vind ik een heel troostende gedachte. Soms moet je even hardop te zeggen: ‘Maak ik me hier volgend jaar nog net zo druk over?’ En meestal is het antwoord dan ‘nee’, want je weet dat dingen slijten, hoe heftig ze ook kunnen lijken in het moment. Mijn gezeik is echt niet erger dan dat van jou of van de buurman. Alleen wordt het bij mij vaak wat groter uitgemeten, omdat iedereen zijn plasje erover pleegt.”

Het lijkt soms of alles rond de naam Hazes in de media wereldnieuws is. Dat moet doodvermoeiend zijn?
“Dat is het inderdaad. Ik zeg nooit iets over de dingen die in mijn leven spelen en maak voorafgaand aan interviews altijd de afspraak dat ik niet over familiezaken praat, omdat het bepaalt hoe ik me de week erna voel. We hebben het de afgelopen jaren in de media vaak over grensoverschrijdend gedrag gehad. Voor mij is het grensoverschrijdend dat iemand het onderwerp dan toch aankaart onder het mom van: ‘Ja, maar we moeten het hier wel even over hebben.’ Van wie moet dat? De kijkers zijn het helemaal zat, hoor. Waarom zou ik het in de vier minuten tijd die ik krijg aan een talkshowtafel over mijn familie gaan hebben, terwijl ik keihard heb gewerkt aan een nieuw album. Ik kom daar om over mijn muziek te praten, niet om clickbait te worden op een of ander showbizzkanaal.”
Je zingt in het liedjes Ik ben vrij: Ik heb van mezelf een vrouw moeten maken, m'n grenzen bewaken. Dat geldt dus op heel veel vlakken?
“Heel erg. Ik sta inmiddels zo in het leven dat als dingen mij niet happy maken en ik er echt buikpijn van krijg, ik het gewoon niet meer doe. Ik ben nooit een hit-kanon geweest, ik ben niet dat meisjes dat op zoek is naar top 40-succes. En ik geef ook geen fuck om commercie. Zolang mijn shows goed lopen en mensen graag naar mijn muziek blijven luisteren, hoef ik daar ook niks mee. Ik lees ook niks meer over mezelf terug. Vroeger kon ik me echt druk maken over dingen die op Twitter, nu X, werden geschreven. Maar ik focus me alleen nog op mijn eigen social media platform en vul dat in zoals ik dat wil. En als je onbeschoft bent, blokkeer ik je meteen!”
Waar ben je trots op als je kijkt naar je leven nu?
“Op dit moment ben ik vooral heel erg trots dat ik ben gestopt met roken en dat ik dit ook volhoud, hoe moeilijk het ook is. En ik ben trots dat ik een enorme sportfreak ben geworden, want ik dacht: ik moet een andere verslaving gaan zoeken waar ik blij van word. Ik sport nu vijf dagen in de week en vind dat echt knap van mezelf, want ik haatte sporten. Inmiddels haal ik er zelfs plezier uit, het is namelijk ook een stukje selfcare. Van het geld dat ik overhoud nu ik niet meer rook heb ik er een wellness abonnement bij genomen. Na elke sportsessie duik ik een uurtje de sauna in en dat voelt hartstikke lekker.”
Volgende maand sta jij dus als een fitgirl op het podium?
“Nou, fit wel, want ik heb een enorm goede conditie opgebouwd. Maar ik hoef geen fitgirl te zijn, ik vind mezelf prima zoals ik ben. Ik ben ook niet aan het sporten om af te vallen, dat boeit me niets. Het heeft voor mij echt te maken met liefde in mezelf stoppen. En die liefde voor mezelf betekent ook af en toe gewoon even lekker vreten. Ik houd echt van eten, het is mijn grote liefde en tegelijkertijd mijn grote vijand. Ik heb altijd best een moeizame relatie met eten gehad. Ik probeer mezelf daarom ook geen dingen te ontzeggen of te denken in cheat days, maar gewoon dat taartje of kaasplankje te eten als ik daar zin in heb. Je leeft maar één keer, en als we Mark Rutte mogen geloven, moeten we ons allemaal een beetje gaan voorbereiden op een eventuele oorlog. Daarom zeg ik: YOLO!”
- Julia Huikeshoven | Haar: Siko van Berkel