Robine: “Ik was vier jaar toen ik de diagnose autisme kreeg. Voor mijn ouders kwam dat niet helemaal onverwachts, ze hadden al een vermoeden. Vooral omdat mijn taalontwikkeling in de peutertijd slecht verliep en ik veel met mijn handjes wapperde. Ook kwamen geluiden vaak hard bij mij binnen en zat ik regelmatig met mijn vingers in mijn oren. Op het speciaal onderwijs zat ik helemaal op mijn plek, maar dat veranderde toen ik op mijn twaalfde naar een normale middelbare school ging. Omdat het zo goed met mij ging, dachten mijn ouders dat een normale school wel te doen was, maar helaas liep dat anders."
"Opeens was ik namelijk omringd door veel kinderen zonder ‘stempel’. Zij hadden geen moeite met geluiden en konden makkelijk nieuwe sociale contacten leggen. Iets wat ik juist heel moeilijk vond, want ik had geen idee hoe ik bij een kennismaking moest kijken en wat ik dan moest zeggen. Ik schaamde me voor mijn autisme en voelde me anders. Omdat ik bang was om gepest te worden, zei ik weinig. Helaas werd ik daardoor alsnog in de klas gepest. Hierdoor voelde ik me vaak angstig en alleen. Ik had wel vrienden buiten mijn klas, maar zelfs zij wisten niks van mijn autisme. Ik was veel te bang dat ze anders niet meer met mij om wilden gaan.”
Video viral
“Na vier moeilijke jaren behaalde ik mijn vmbo-diploma, daarna volgde ik een opleiding voor pedagogisch medewerker. Ook begon ik op mijn achttiende op TikTok en postte een video over een populaire lipgloss. Voordat ik het wist, ging-ie viral. Binnen een paar dagen had ik duizenden volgers en dat was voor mij best raar. Heel lang vond ik mezelf nooit goed genoeg, maar opeens vonden mensen mij interessant. Ook de filmpjes die ik daarna over beauty en make-up plaatste, werden goed bekeken. Sindsdien was ik dus veel bezig met TikTok, maar mijn autisme hield ik, net als op de middelbare school, goed verborgen."
"De schaamte die ik over mijn aandoening voelde, was er na al die jaren nog steeds. Dit veranderde toen mijn mentor van de middelbare school mij eind vorig jaar benaderde. Zij was vroeger één van de weinigen die van mijn autisme wist en vroeg of ik op mijn oude school een gastles over autisme wilde geven. Juist om het stereotype van de witte, autistische man die alleen van treinen houdt te doorbreken. Er zijn immers genoeg vrouwen die ook autisme hebben en bij wie zich het op een andere manier uit. Hoewel ik er nog nooit open over had gesproken, dacht ik meteen: ik doe het.”
Onrustig
“De gastles was spannend, maar leuk. Ik vertelde hoe het voor mij is om autistisch te zijn. Hierbij gaf ik de voorbeelden van geluiden die heel hard kunnen binnenkomen, het moeilijk leggen van nieuwe contacten en mijn sterke behoefte aan duidelijkheid. Als ik met iemand afspreek, wil ik namelijk altijd precies weten waar en hoe laat ik diegene zie. Met halve afspraken kan ik niks. Dan word ik erg onrustig en uiteindelijk wordt het
zo groot in mijn hoofd dat ik verder nergens meer aan kan denken en letterlijk blokkeer. Gelukkig komt dat niet vaak voor, want inmiddels kan ik goed met mijn autisme omgaan. Ik werk als pedagogisch medewerker op een bso. Opmerkelijk genoeg heb ik daar nooit zoveel last van mijn autisme. Er zijn wel veel geluiden, maar meestal ga ik met een groepje kinderen op een rustige plek knutselen of een spelletje doen. Of ik loop even weg als iets mijn autisme triggert. Mijn collega’s weten van mijn autisme en hebben er alle begrip voor."
"Ook mijn vriend houdt van mij om wie ik ben. We hebben nu bijna een jaar een relatie en hij doet zijn best om duidelijk te communiceren als we afspreken. Soms gaat dit ‘mis’ en komt hij bijvoorbeeld wat later dan de afgesproken tijd, wat bij mij weer tot irritaties leidt. Maar zelf probeer ik hierin ook wat soepeler te zijn. Het is voor ons allebei een leerproces. Vaak wordt er trouwens gedacht dat mensen met autisme niet intiem kunnen zijn of geen emoties hebben. Dat is echt niet altijd het geval. Ik voel juist heel veel en kan me ook goed in anderen verplaatsen.”
Trots
“Vlak na mijn gastles vertelde ik ook op TikTok dat ik autistisch ben. Vervolgens schreef ik er mijn boek over. Zo hoop ik nog meer besef over autisme te creëren. Voor mij voelt het heel fijn om er eindelijk open over te zijn. Ook omdat ik veel leuke en bemoedigende reacties krijg. Helaas zijn er ook mensen die negatief reageren. Ze geloven bijvoorbeeld niet in autisme – geen idee wat ze daarmee bedoelen – of zeggen dat ‘iedereen wel een beetje autistisch is’. Soms ga ik in discussie, anderen blokkeer ik. Inmiddels ben ik zo ver dat het me niet meer uitmaakt wat anderen van mij vinden. Dit is wie ik ben en daar ben ik trots op. Ik schaam me nergens meer voor.”
- Tekst: Renée Brouwer
- Uitgeverij Splint Media B.V.