Gisteren moest ik na werktijd twee kaartjes ophalen voor een voorstelling die ik als kerstcadeau van mijn werk had gekregen. Ik had er eigenlijk geen energie meer voor, maar het was de laatste dag dat het kon, en ze zomaar laten liggen zou ook zonde zijn. Bovendien zou het voor Jurgen en ik ook wel weer een leuk uitje zijn, want we gaan nog steeds veel te weinig weg zonder kinderen.
Omdat de locatie waar de kaartjes lagen niet op loopafstand was, moest ik eerst mijn OV chipkaart opladen om de tram te kunnen pakken. Dat bleek nog niet makkelijk. Het oplaadapparaat in het gebouw waar ik werk was weggehaald vanwege een verbouwing, en toen ik buiten bij de tramhalte probeerde mijn kaart op te laden, lukte het tot drie keer toe niet. "Voer uw kaart in", "Haal uw kaart eruit", "Uw kaart aub". Ja hoor eens apparaat, wat wil je nu?!
Toen ik vervolgens terugliep naar het station om daar dan maar mijn kaart op te laden, zag ik drie trams voorbij rijden. Je snapt 'm al; met een eenmaal opgeladen kaart stond ik een kwartier in de kou te wachten. Inmiddels had ik al tig keer bedacht dat ik eigenlijk gewoon naar huis wilde, en dat ik net zo goed de trein kon pakken; ik was nu toch al bij het station. Maar ik bleef wachten en stapte uiteindelijk in een overvolle tram. Die zo vol was dat hij zijn deuren al weer sloot voordat iedereen - waaronder ik - uitgestapt was. En ik uiteindelijk dus een halte te ver weer op straat stond. Op dit punt leek het me duidelijk dat het gewoon niet de bedoeling was dat ik naar de voorstelling zou gaan. Maar goed, ik was er nu toch bijna. Ha!
En zo verliet ik met kaartjes het pand. Het begon er spontaan van te sneeuwen..
Dit mag wel een heel grappige voorstelling worden, Pieter Derks!