Real life: ‘Mijn moeder is een hoarder’

"Niemand mocht weten dat die vrouw in dat smerige huis mijn moeder was"

Gezellig aan tafel tijdens de feestdagen was er voor Jessie Sholl nooit bij. Haar moeder heeft een verzamelstoornis. "Niemand mocht weten dat die vrouw in dat smerige huis mijn moeder was."

Depressief

"Mijn moeder is nooit een leuke moeder geweest. Ze was depressief, angstig, extreem ongeorganiseerd en onvoorspelbaar. Een gevolg van haar eigen slechte jeugd. Het ene moment was ze lief voor ons, het volgende moment stuurde ze mij en mijn broertje voor straf op een koude winternacht naar buiten in onze pyjama’s. Op mijn zevende gingen mijn ouders uit elkaar, twee jaar later ben ik bij mijn vader en stiefmoeder gaan wonen aan de andere kant van de straat. Daar vierde ik ook altijd kerst. Mijn moeder vierde nooit iets. Geen kerst, geen verjaardagen. Op Kerstavond aten we wel bij haar, maar dat was als ieder andere avond: niets speciaals. Meestal had ze wel een cadeautje voor ons. Niet netjes ingepakt, maar gewoon los wat spullen in een plastic tasje. Die slordigheid typeerde mijn moeder."

Schaamte

"Elke week bezocht ik mijn moeder. Sinds de scheiding was haar huis een bende en ik schaamde me dood. De tuin stond vol met metershoog onkruid, oude dozen en meubels. Alsof er een junk woonde. Als ik kwam, maakte ik stiekem schoon of gooide ik dingen weg. Ik deed mijn best om haar tuin netjes te houden, want ze woonde tegenover mijn school. Als klasgenoten vroegen waar ik woonde, wees ik altijd naar het huis van mijn vader. Niemand mocht weten dat die vrouw in dat smerige huis mijn moeder was. Schoonmaken werd een obsessie voor mij. ‘Je kunt haar niet veranderen, laat het los’, zei mijn vader vaak. Voor hem was het moeilijk om zijn dochter zo te zien. Rationeel wist ik dat hij gelijk had, maar emotioneel niet. Toen besefte ik het nog niet, maar ik hoopte natuurlijk dat ik met het weggooien van haar rotzooi ook iets van haar psychische problemen weg kon nemen. Door haar huis te fixen dacht ik mijn relatie met haar te kunnen herstellen."

Gek geworden

"Naarmate ik ouder werd en meer mijn eigen leven kreeg, verdween dat grote verantwoordelijksgevoel voor mijn moeder naar de achtergrond. Toen ik 28 was, verhuisde ik naar de andere kant van het land en wist ik dat haar nieuwe vriend goed voor haar zorgde. Tot hij overleed. De eerste keer dat ik haar weer opzocht na zijn dood was ik in shock. Haar huis was intens smerig en tot de nok toe gevuld met troep. Het enige lege plekje in huis was haar bed. Ik struikelde over de borden met keiharde spaghetti, dozen motorolie, rekenmachines, zaklampen en sleutelhangers nog in hun verpakking, breinaalden, tijdschriften, trossen bruine bananen, zeven paar elleboogbeschermers voor het geval ze ooit zou gaan rolschaatsen en kleverige frisdrankbekers. Onder een stapel wol, lavalampen en kranten vond ik een doos met daarin de as van haar overleden vriend. ‘Mam, wat is er gebeurd?’ gilde ik. ‘Wat bedoel je?’ vroeg ze verbaasd. Toen wist ik: er is hier iets heel erg mis, ze is gek geworden."

Verzamelstoornis

"Later leerde ik dat een verzamelstoornis vaak getriggerd wordt door een trauma. De ongeorganiseerde rommelkont was na de dood van haar vriend veranderd in een serieuze hoarder. Mijn moeder vulde haar dagen met op en neer rijden naar tweedehands winkels waar ze haar auto vol laadde met troep. Daar had ze grootste plannen mee. Hoarders zien in alles altijd tig mogelijkheden. Drie niet matchende cowboylaarzen waren een kunstwerk en ze kocht veel oude gedragen kleding die ze voor veel geld wilde doorverkopen. Maar de mottengaten zaten er al in."

Breekpunt

"In totaal heb ik zeven keer een serieuze poging gewaagd om haar huis op te ruimen. Om ieder ding dat ik weg wilde gooien, ging ze het gevecht met mij aan. Van de vijf opblaasstoelen mocht ik er dan na veel discussie twee weggooien. Het lukte me nooit om de boel helemaal schoon te krijgen. Enorm frustrerend. Het breekpunt kwam zeven jaar geleden. Mijn moeder werd voor de tweede keer in het ziekenhuis opgenomen met kanker. ‘Je moet me nu écht je huis laten opruimen’, drukte ik haar op het hart. ‘Het is niet goed voor je gezondheid en hoe wil je hier straks verpleging thuis ontvangen?’ Een week lang ben ik samen met mijn man, vader en stiefmoeder met een grote schep door het huis gegaan. Daarna kregen we allemaal last van schurft dat in een oud kussen zat dat mijn moeder ergens op de kop had getikt. We zaten van top tot teen onder de rode uitslag, de jeuk was ondraaglijk. Het duurde ruim vier maanden voordat we weer genezen waren. Je zou denken dat ik m’n lesje wel geleerd had, maar een jaar later stond ik weer in haar huis te ruimen. Als een robot, zo geobsedeerd. En ja hoor, wéér kreeg ik schurft, het leefde gewoon in haar huis. Dat was de druppel…"

De rest van het verhaal lees je in de nieuwe Grazia of HIER via Blendle.

Laatste nieuws