Je leest het ’t eerst op Grazia.nl

Real life: 'Hoe kon mijn vriend crimineel worden?'

"In een reflex vroeg ik of hij iemand had verkracht of vermoord"

Real life: 'Hoe kon mijn vriend crimineel worden?'

Journalist Angela (32) schreef een boek over het criminele verleden van haar vriend. "Ik vertelde de slachtoffers pas na het interview dat een van de daders de vader van mijn kind is."

Criminele wereld

"Mijn vriend Thomas en ik waren een paar maanden samen toen we op een zonnige winterdag een strandwandeling maakten en ik tegen hem zei: ‘We kennen elkaar nog maar zo kort, en toch weten we al zoveel van elkaar.’ Thomas was het met me eens, maar voegde eraan toe dat er wel iets was waarover hij me nog niet had verteld: zijn criminele verleden. In een reflex vroeg ik of hij dan iemand had verkracht of vermoord. Alsof je gevoelsmatig weet dat je daarmee niet kunt leven. Het antwoord was gelukkig nee. Toen hij zeventien was, had hij samen met drie vrienden in Arnhem een aantal gewapende overvallen gepleegd, vertelde hij. Hij had net zijn vwo gehaald en was al aangenomen voor het conservatorium, maar zocht de criminele wereld op en ‘wilde mislukken’. Uiteindelijk werd hij gepakt en belandde hij in een jeugdgevangenis. Op dat moment op het strand kon ik me er wel bij neerleggen. Hij had natuurlijk iets ergs gedaan, maar het was toen al bijna twintig jaar geleden en er was niemand dood. Ik kon verder gaan met verliefd zijn."

Opsporing verzocht

"Later kwamen toch de vragen. Ik dacht steeds vaker aan de slachtoffers van de overvallen. Thomas had mensen onder schot gehouden. Dat hij alleen een nepwapen had, wisten die mensen natuurlijk niet. Hij had ze waarschijnlijk erg bang gemaakt. Eind 2012 werd bokser Kevin America, een oude gevangenisvriend van Thomas, vermoord. We zaten op de bank Opsporing Verzocht te kijken toen het nieuws voorbijkwam. Thomas begon meteen herinneringen aan Kevin op te halen. Dat vond ik zó raar: mijn vriend had dus bij iemand in de gevangenis gezeten die nu vermoord was? Vanaf dat moment was ik niet alleen nieuwsgierig naar de slachtoffers, maar wilde ik ook weten hoe een jongen, die ogenschijnlijk alles mee had, crimineel kon worden. ‘Nooit in je eigen achtertuin gaan spitten’ was het advies op mijn journalistieke opleiding ooit. Dat doe ik dus juist bij voorkeur wel. Op deze manier kom ik op artikelideeën: ik raak geïnteresseerd in onderwerpen door gebeurtenissen in mijn eigen leven en ga er dan achteraan. Zo heb ik een keer een jaar lang geen spullen gekocht en daar over geschreven."

Thomas' kille kant

"Deze keer ging het om iets totaal anders: ik wilde weten wat er van de jongens uit Thomas’ jeugd was geworden. Hoe bepalend hun vriend- schap was geweest voor hun criminele acties. Ik wilde al die mensen opzoeken, interviewen en over hen schrijven. Mijn vriend had zijn verleden achter zich gelaten, zei hij. Hij had in de gevangenis gezeten, zijn slachtoffers terugbetaald. Of althans, dat dacht hij. Later bleek dat anders te zitten. Na veel gesprekken met zijn familie was hij na zijn detentie alsnog naar het conservatorium gegaan. Het voelde voor hem dus als een afgesloten hoofdstuk. Maar hij snapte ook dat ik het een interessant verhaal vond. En zelf was hij eigenlijk net zo benieuwd hoe het met zijn oude vrienden ging. Maar hoe ging ik dit aanpakken? Ik ben journalist, maar ook de vriendin van één van de daders. In 2015 ben ik met het onderzoek begonnen. Ik besloot om de slachtoffers pas na het interview te vertellen dat een van de overvallers de vader van mijn kind is en dat er dus een journalistieke én een persoonlijke aanleiding was voor mijn bezoek. Het ging in eerste instantie natuurlijk om hún verhaal, niet om dat van mij. Ik heb me daar soms ongemak- kelijk bij gevoeld. De reacties waren heel verschillend. De oud-eigenaar van de overvallen snackbar reageerde boos. Hij hij zat niet te wachten op genuanceerde verhalen over de dader. Maar de klant die ook in die snackbar aanwezig was, reageerde juist laconiek en zei: ‘Als ik in de buurt ben, doe ik een biertje met Thomas!’ Ik heb Thomas zelf ook van alles mogen vragen. Hij ging opvallend ontspannen met mijn gewroet in zijn verleden om. We hadden wel een lastig moment nadat hij de eerste versie van het boek had gelezen. Ik had zo zitten graven en zo veel mensen uitgebreid gesproken, inclusief zijn familie. Zijn broer had tijdens zo’n interview gezegd dat hij tijdens de rechtszaak ‘de kille kant’ van Thomas had gezien. Dat hakte er bij mijn vriend flink in. Hij vreesde dat ik hem ook zo zou gaan zien."

Uit de rosse buurt

"Op het strand gaf Thomas al meteen een korte verklaring voor zijn criminele gedrag: ‘Ik wilde mislukken.’ Deze gedachte kreeg hij voor het eerst in de vierde klas van de middelbare school. Hij schaamde zich voor dingen die hij leuk vond, zoals pianoles en scouting, hobby’s die door de vriendjes in zijn wijk – de rosse buurt in Arnhem – niet cool werden gevonden. Hij besloot dat hij ‘harder’ moest worden en begon met jongens om te gaan die dat in zijn ogen al waren. Na verloop van tijd dacht hij: laat alles maar mislukken, dan hoef ik al die verschillende levens niet vol te houden. Zijn aandeel in de criminele activiteiten van zijn vrienden werd steeds groter. Eerst keurde hij de overvallen nog af, maar vervolgens regelde hij wel een nepwapen voor een overval die zijn beste vriend had beraamd. Later zat hij een keer in de vluchtauto en profiteerde hij mee van de buit. Uiteindelijk begon hij er zelf ook aan mee te doen. Wat ik bij Thomas miste, was spijt. Natuurlijk had hij gewild dat het allemaal nooit was gebeurd, maar hij ging er niet onder gebukt, gaf hij toe. Dat vond ik lastig. Een dader hoort toch spijt te hebben van zoiets? Ik heb het voorgelegd aan zijn toenmalige gevangenispsycholoog. Hij geloofde niet dat Thomas geen spijt heeft, maar denkt dat hij deze emotie heeft weggestopt omdat het in de weg zat. Hij legde uit dat veel jongeren in zo’n situatie eerst bezig zijn met andere dingen, zoals hun leven op orde krijgen en de band met hun ouders herstellen. Dat betekent trouwens niet dat Thomas helemaal geen spijt heeft gevoeld. Toen zijn oma tien jaar na de misdrijven door drie meisjes in haar eigen huis werd overvallen, waarbij al haar sieraden werden gestolen, heeft hij daar erg mee gezeten. Blijkbaar voelde hij pas wat hij zijn slachtoffers had aangedaan toen het iemand in zijn eigen familie was overkomen."

Tekst: Anna Krijger, Beeld: iStock